VVD in MVO-debat Tweede Kamer: consument moet schendingen oplossenFoto: MVO Platform

Onverantwoord ondernemen was het belangrijkste onderwerp tijdens het debat over MVO in de Tweede Kamer op 19 september. Dat is niet nieuw: debatten over MVO draaien vaker om misstanden en schendingen die aan het licht komen en ook in de Kamer tot verontwaardiging leiden. Dit debat maakte duidelijk dat het overheidsbeleid - dat vooral bestaat uit bedrijven stimuleren tot MVO - nauwelijks een antwoord heeft op misstanden.

VVD in MVO-debat Tweede Kamer: consument moet schendingen oplossenFoto: MVO Platform

Kleding (arbeidsomstandigheden in Bangladesh) en steenkool (bloedkolen gestookt in Nederlandse elektriciteitscentrales) waren de inzet van het debat. Ploumen’s initiatieven om met de bedrijven om tafel te gaan zitten worden door de meeste partijen als goede stap gezien; ze roept zo “risicosectoren” om met verbeterplannen te komen.

Kanttekeningen bij aanpak 

Er zijn echter veel vragen en kanttekeningen bij deze aanpak. Wat als bedrijven niet willen meedoen, en wat als ze zich niet aan de afspraken houden? Daarover maakt ook Ploumen’s partijgenoot Van Laar zich zorgen. Gaat dit niet te traag, vroeg D66. Woordvoerder Sjoerdsma stelde dat de energiebedrijven drie maanden krijgen om transparant te worden over de herkomst van steenkool en anders volgt wetgeving.

GroenLinks (Van Oijk) sprak over “jungle-kapitalisme” en wil dat de overheid de uitwassen daadkrachtiger bestrijdt, met duidelijke regels en toezicht op MVO in plaats van actie als het misgaat. De SP vindt meer informatie voor de consument van belang; de achtergrond van het product moet bij aankoop duidelijk zijn, ook moeten slachtoffers makkelijker een rechtszaak tegen een bedrijf kunnen voeren.

De ChristenUnie vindt dat alle kledingbedrijven betrokken bij fabrieksramp in Bangladesh moeten meebetalen aan compensatie voor slachtoffers. Ook zouden internationale afspraken over een leefbaar loon voor arbeiders sneller tot resultaat moeten leiden. Ook het CDA vroeg om transparantie over de steenkool en hield het verder algemeen door te wijzen op het belang van een “eerlijke economie”. 

Toezeggingen Ploumen

Minister Ploumen lichtte haar risicosectoren aanpak nog eens toe en sprak de hoop uit dat bedrijven vanzelf gaan meedoen omdat dat tot een betere reputatie leidt en anders hoopt zij op hulp van de consument die onwillige bedrijven gaat mijden. Zij deed de Kamer toezeggingen voor diverse brieven: over de voortgang van de afspraken met kledingbedrijven, over de vraag of bedrijven die meegaan op handelsmissie voldoen aan de MVO voorwaarden, over mogelijke verruiming van het mandaat van het Nationaal Contact Punt (klachtenmechanisme OESO richtlijnen) en over de Sector Risicoanalyse die ze laat uitvoeren.

Het meest opvallende in dit MVO-debat is de rol van de VVD. Woordvoerder Leegte stelde dat de overheid geen enkele rol te spelen heeft.  MVO is volgens hem enkel een manier voor bedrijven om zich te onderscheiden. Na de ramp met de kledingfabriek in Bangladesh was achterover leunen en niets doen een betere keus geweest voor de Nederlandse overheid, aldus Leegte. Het probleem lost zich namelijk vanzelf op als de consument zijn verantwoordelijkheid neemt. Als de consument die rol niet speelt, of niet bereid is meer te betalen, dan houdt het op. Leegte ging niet in op de vraag hoe de VVD zich dan verhoudt tot richtlijnen en normen (zoals ILO) die overheden hebben opgesteld voor bedrijven.  

Bedrijven verantwoordelijk

Terwijl Leegte geen rol ziet voor de overheid, kwam partijgenoot minister Kamp met een ander verhaal: “bedrijven zijn verantwoordelijk en als ze zich dat nog niet bewust zijn, dan moeten we ze snel bewust maken”. Met enige trots somde Kamp op welke inspanningen zijn ministerie levert om dat bewustzijn te bevorderen zoals de transparantiebenchmark en de corporate governance code die inmiddels een verwijzing naar MVO bevat, waarbij hij overigens erkende dat de naleving nog een punt van aandacht is. Kamp maakte een toespeling op de mogelijkheid dat invoering in Nederland van verplichte MVO-rapportage breder kan worden dan de minimumeisen van de EU, en zo ook brievenbusfirma’s kan omvatten.

Over de discussie over schendingen, keurmerken en consumenteninformatie stelde hij tot slot “dit is een weerbarstig thema waar we nog heel lang mee bezig zullen zijn”. De vraag is of hij daarmee ook op iets weerbarstigs doelt binnen de VVD; de visies van Kamp en Leegte lijken namelijk moeilijk te verenigen.

Visie VVD onduidelijk

Ploumen en Kamp zijn samen verantwoordelijk voor het MVO-beleid en naar verluid zijn zij het lang niet altijd eens. In dit debat  was daar echter niets van te  merken. De enige merkbare stekeligheid tussen de bewindslieden was dat Ploumen wederom diverse aanvullende brieven toezegde, terwijl Kamp liet weten niet aan brieven te doen, maar de Kamer liever direct te willen informeren.

Wat vooral blijft hangen na dit debat is welke visie de VVD nu eigenlijk heeft op MVO.